Ze heeft het gezegd, dat ze stopt met poetsen in het ziekenhuis. Ze heeft het gezegd tegen Kitty.
Zelf besloten of weggestuurd, vraagt de vriendelijke mevrouw met de zwarte bril op etage 2 die altijd laat werkt en waar Anna wel eens een praatje mee maakt en aan wie ze vertelt dat dit bijna haar laatste dag is.
Zelf besloten, zegt Anna.
Goed zo, zegt de vrouw die al langer vond dat Anna met haar combinatie van dag- en avondwerkzaamheden roofbouw aan het plegen was.
Morgen is haar laatste avond. Nu is ze moe. Heel, heel erg moe en wil het niet toegeven. Morgen levert ze haar witte verpleegstersjasje en blauwe baggy pants in. Gewoon heel cool en zonder sentiment. Ze zal nog één keer naar het schilderij van Henri Jonas, Zicht op Randwijck gaan kijken. Het schilderij dat ze in gedachten geadopteerd heeft en waarvan niemand het zou merken als het weg is. Naja, misschien na een paar jaar. Ze laat het toch maar hangen. Wie weet komt er nog eens een poetsvrouw die op het eind van haar werkdag even voor het schilderij zal staan mijmeren en peinzen.
Morgen de laatste dag. Eerst uitrusten.
anna